INDONESIË
Sate Babi
15 min
4 personen
Makkelijk
Saté, satay, sateh of satai. Hoe je het ook schrijft, het blijft dé klassieker van de Indonesische keuken. Barbecue op de planning staan? Dan is dit je recept! Hoewel het ook heerlijk is naast een bami goreng met pindasaus. Saté kent verschillende versies: de saté ayam (kip), saté sapi (rund), saté kambing (geit) en… saté babi (varkensvlees). Dit recept wordt gemaakt met blokjes gemarineerde varkenshaas die worden geregen aan houten spiesjes. Wanneer je het vlees de hele nacht laat marineren, worden ze het allerlekkerste. Maar mocht je minder tijd hebben, dan is één tot vier uur ook prima.
Bereidingstijd: 15 minuten
Marineertijd: 1 tot 4 uur
Bereiding
Stap 1. Maak de marinade
Rasp de gember en snijd de knoflook fijn.
Mix de gember en knoflook samen met de ketjap, sambal, suiker, ketoembar, zout en witte peper.
Stap 2. Maak de Saté Babi en laat het intrekken
Snijd de varkenshaas in kleine blokjes van 2 à 3 cm.
Meng de varkenshaas met de marinade en laat het minimaal 1 tot 4 uur marineren in de koelkast (of de hele nacht!).
Stap 3. Rijgen maar!
Haal het gemarineerde vlees uit de koelkast en rijg het aan de satéstokjes. Per stokje zijn 4 stukjes varkenshaas meer dan genoeg (in Indonesië zijn de satés niet al te groot).
Bak de satés vervolgens in een klein beetje olie in een koekenpan, barbecue of grill. Wanneer de saté een mooie kleur heeft en de buitenlaag gekarameliseerd is, zijn ze klaar.